Geld zachte landing extra budget of extra bezuiniging?
Zachte landing Wmo betekent extra geld ode overgang van de Awbz naar de nieuwe Wmo geleidelijk te laten plaatsvinden. Daarom is er voor de start van de Wmo in 2015 extra budgt beschikbaar gesteld.
De voorstellen maar even verder doorgerekend . En wat blijkt: deze afspraken zorgen op termijn per saldo voor minder budget. Minder geld voor de directe uitvoering van de begeleiding aan de burgers zelf!
Deze afspraken hadden dus beter niet kunnen worden gemaakt. Hieronder leg ik dit verder uit.
Zachte landing Wmo waar ging dat ook al weer over?
Op 17 april verscheen de brief van de staatssecretaris over het begrotingsakkoord. De voorgenomen korting van 25% voor 2015 in de Wmo werd teruggebracht naar 6%. Het Wmo-budget 2015 voor begeleiding, dagbesteding, vervoer en kortdurend verblijf is hiermee opgehoogd, zodat de overgang goed kan worden neergezet in de praktijk. Ondertussen is de 6% maar 11%* opgehoogd.
Maar ja, 11% is toch beter dan 25%?
Er zit wel een addertje onder het gras. In de slipstream van de afspraken over de zachte landing Wmo met slechts 11% korting, is het peiljaar veranderd van 2012 naar 2013. 100% 2012 is eenhoger tarief dan 100% tarief in 2013. Als je weet dat er van 2012 op 2013 5-7% bezuinigd is op de begeleiding, dan is de rekensom snel gemaakt. Zo wordt er op de langere termijn meer bezuinigd dan vóór het akkoord over de zachte landing.
Immers in 2016 en daarna wordt er 25% gekort op het budget 2013 en niet op het budget 2012. De investering van de zachte landing is zo wel heel snel terugverdiend.
Het effect van het veranderde peiljaar betekent ook in 2015 dus een korting van 16% op het budget in vergelijking tot de oude 25% die van het peiljaar 2012 af ging.
Voor 2015 is dat toch wel prettig, want de overgang zal nog wel heel wat inspanningen vergen?
De extra gelden voor de zachte landing Wmo worden gegeven vanuit het landelijke macrobudget. Echter de gemeenten gebruiken hun gedecentraliseerde Wmo-beleidsvrijheid om gelden van de zachte landing naar hun eigen inzicht uit te geven. Het huidige beeld is dat zij deze extra gelden niet benutten voor de inzet van begeleiding bij de cliënt. Kortingen van 25% zijn heel gebruikelijk, sterker nog in gemeenten als Den Haag en Apeldoorn worden bepaalde vormen van begeleiding voor de helft van het tarief ingekocht.
Wil je deze reeks over de Decentralisaties volgen? Abonneer je dan hieronder op de nieuwsbrief van Buis! http://www.buisadvies.nl
*In een toelichting op de aanpassing geeft VWS aan dat het ‘kortingspercentage op begeleiding’ ten opzichte van het Regeerakkoord eerst was teruggebracht tot 6 procent: een korting van € 200 miljoen op een grondslag van € 3,3 miljard. Verschillende andere aanpassingen, zoals de overheveling van een groot deel van de persoonlijke verzorging naar de Zvw en correcties voor cliënten met een laag ZZP die verblijf niet verzilveren, hebben uiteindelijk tot een percentage van 11% geleid. Op basis van de huidige grondslag begeleiding die overgaat naar de Wmo 2015 is het ‘kortingspercentage op begeleiding’ daarom nu 11 procent: een korting van € 200 miljoen op een grondslag van € 1,9 miljard.